Korte toespraak van Willem Sprenger
ter gelegenheid van de viering van het 25-jarig huwelijksfeest
in mei 1971 in Casa 400 te Amsterdam
Welkomstwoord
(Kinderen, het duurt niet lang!)
Op eerste plaats welkom! vader en moeder, broers en zusters, zwagers en schoonzusters, neven en nichten: en ook nog anderen (over wie straks).
We moeten hier eerst nog enkele andere heugelijke feiten i n herinnering brengen. Vandaag zijn Cisca en Walter 20 jaar getrouwd . Bovendien is Cisca vandaag jarig. Een bijzondere felicitatie dus voor haar. Titus zal haar een verjaardaggeschenkje komen brengen.
Een tweede gedenkwaardig feit is, dat mijn zuster Bep en Frans (de Vré) vandaag ook hun huwelijksdag vieren; voor de l9e keer. Dan wil ik er aan herinneren, dat we h i er wel Sepha in ons midden hebben, maar niet haar man Frans, en ook niet haar kinderen: Angela (ons petekind!), Hans, Letty en José. We hebben gemeend , dat het rechtvaardig en juist is, Sepha enkele kleine geschenken mee te geven naar Athene. Deze zijn bedoeld als souvenirs voor haar afwezige man en kinderen. Als Esther zich bereid verklaart de regels van he t draaiboek te gehoorzamen, komt zij nu de pakjes brengen. Zo niet, dan zal Marleen het wel doen, het petekind van Sepha.
Ik mag er misschien hier even , bescheiden, op wijzen, dat wij in ons gezin het oudste kleinkind (Léon) en het jongste ( Esther) hebben?
Toen we enkele dagen geleden thuis zaten te beraadslagen over het naderende feest, onze zoon Titus ons: Vergeet voor al die mensen niet te bedanken voor al die mooie bloemen die we hebben gekregen. Deze dank spreek ik mede uit namens Rie bij deze uit. Hieraan zou ik tevens - uiteraard ook me de namens Rie - een hartelijke dank willen verbinden voor de zeer fraaie geschenken en de fruitmand die we hebben ontvangen.
Zoals al gezegd , hebben we - behalve familieleden en aangetrouwde familieleden - ook enkele vrienden als gasten in ons midden . Hun, door ons eveneens hoog gewaardeerde aanwezigheid, zal i k U nader verklaren.
Beginnen we bij mevrouw Ziggelaar Sr, de moeder van Wim en de schoonmoeder van Corry. Zij is hier, omdat zij de peetante is van niet minder dan vier kinderen uit het gezin Hogenhout, namelijk van Theo, Sepha, de (jarige) Cisca en Joseph.
Nu komen we aan de heer en mevrouw Van Teeseling (Ad en Tiny) en hun huisgenote, beter gezegd: hun dochter des huizes) juffrouw Annie Schaatsenberg. Hen hebben wij hier uitgenodigd, omdat zij ) van onze vestiging in Utrecht af ( zo 'n 20 j aar geleden) steeds met ons gezin hebben meegeleefd, en ook we l eens mee- geleden. Maar vooral ook, omdat onze kinderen - van jongs af - hen zo graag hebben gemogen; evenals Rie en ik zelf dus.
De heer en mevrouw Goossens (Jan en Rie) zijn hier, omdat zij ons, toen we in Utrecht kwamen, als het ware meteen hebben opgevangen. (“Hier is een emmer en een dweil. Ik moet nu naar de kapper. Als je straks nog wat nodig hebt, zeg je het maar. Vanavond kunnen jullie bij ons komen eten.”)
Waarom is Rie Duppen-Eerdmans hier? Wel, omdat zij de enige in ons beider familie is, die een collega van mij is; in dien zin althans: dat ook zij een stuk brood heeft moeten verdienen met schrijven; zij het dan meer een boekenschrijfster dan een dagbladschrijfster is.
Op de laatste, maar niet op de minste plaats, heet ik de heer Paul Engel welkom: de musicus, die ons feest met welklinkende melodieën versiert.
Ik wens u nu allen een smakelijke maaltijd.
Met Uw goedvinden zullen we deze beginnen met een gebed:
Heer, van Wie alle vreugde komt, ook de blijdschap van deze herdenkingsdag van een zilveren huwelijk, wij danken U voor alle gaven, die U ons in Uw mildheid hebt geschonken, en nóg schenkt. Tot die goede gaven behoort ook de maaltijd, die we nu gaan beginnen. Schenk ons de Heilige Geest, opdat wij leren steeds rechtvaardig te zijn, als Gij; en steeds en overal waar we kunnen, onze eigen gaven, dcor ons brood, met ander en te delen.
SMAKELIJK ETEN