Cor Hogenhout
Brest-dagboek, juni 1941
Zondag 1 juni 1941 – Eerste Pinksterdag. Hoewel de meeste lui bij ons gingen werken. Meende ik toch dat ik deze dag eens niet moest werken, hoewel deze dag met 100% toeslag beloond wordt. Te 8 uur in een naburig kerkje de Heilige Mis bijgewoond, waar ik Hoogensteyn ontdekte die reeds aanwezig was voor de volgende mis; een voorbeeld van devotie. Kerk te Guilers. Hoewel het zondag is, schrijf ik maar geen brief meer naar huis; als ik vrijdag naar huis ga, ben ik er gelijktijdig. Overigens een prettige dag, hoewel ik met eten en drinken heel sober moet zijn. Nog even naar de post geïnformeerd in het naburige Lager, maar daar was ook niets aangekomen. Eigenaardig dat ik in het geheel geen bericht meer van huis krijg. De laatste brief is alweer 3 weken oud. De vakbladen en de brief van Joop zijn wel doorgekomen tot La Roche, maar aan het nieuwe adres nog niets.
Maandag 2 juni 1941 – Tweede Pinksterdag. Kasten voor het bouwbureau onder handen. Gewone dag gewerkt.
Dinsdag 3 juni 1941 – Werk als gisteren. Cranendonk nu toch vertrokken.
Woensdag 4 juni 1941 – Werk als gisteren. J. Schuurbeeks krijgt heimwee, omdat hij nog geen bericht van huis heeft.
Donderdag 5 juni 1941 – Schuurbeeks krijgt een reisschein, hij vertrekt morgenavond. Kamergenoten willen ook weg, wedloop naar Lagerfuhrer. Hannes zal voor reisschein zorgen; het is een potsenmaker. Henny komt vertellen dat hij morgen niet werkt, omdat hij ziek is. Van de aardbeien zeker die hij vanmiddag heeft gegeten ter ere van zijn nieuwe regenjas.
Vrijdag 6 juni 1941 – Werk als te voren. Schuurbeeks is niet weg, verlof is gesperd. Grote ontevredenheid ook onder de Duitsers. Van Belgische timmerman vernomen dat in Noord-Frankrijk de mensen een reisschein kregen. Ze gingen op reis, maar in plaats van naar huis te gaan, werden ze nog verder van huis gebracht, zonder dat ze dat wisten. De verwachting is algemeen, dat er iets bijzonders op komst is.
Zaterdag 7 juni 1941 – Vandaag is het een halve zondag. Gewoonlijk zijn we te drie uur vrij. Vandaag moeten wij allen, dat is het gehele personeel, aan de Lagerplatz komen. De ingenieur die luistert naar de aardige naam van Sjapke is hier. Wij ontvangen hier ook ons geld. Ik heb de ingenieur gevraagd of dat nu iedere zaterdag zo gaat, of dat wij ons geld ook kunnen krijgen gelijk met de Duitsers. Dat is op vrijdag. Hij zegt dit toe. Nog een kleine bespreking volgt over de gang van het werk. Hierbij vind ik ook nog de gelegenheid te spreken over de toeslag welke gegeven wordt voor vergoeding van eigen gereedschap. Ook dit komt in orde. Henny moet naar Arsenal. Ik kan hem nog tot donderdag bij hem houden, totdat de kasten voor het kantoor gereed zijn. Henny zijn nieuwe jas is gescheurd, doordat iemand in de tram erop ging zitten. Toen hij opstond scheurde er een gedeelte van het achterpand in.
Zondag 8 juni 1941 – Het is vandaag weer een werkzondag. Veel wordt er niet gewerkt, omdat het triplex van de kasten nog niet gebracht is. Ik mag het nu zelf kopen.
Maandag 9 juni 1941 – De kasten en hekken voor het bureau verder bewerkt. Nog geen triplex. Geweldige regen.
Dinsdag 10 juni 1941 – Triplex aangekomen. Foto’s gemaakt voor een Parijse timmerman. Vannacht is een der kruisers uit het dok gesleept. Vanmorgen vroeg was er al een Tommy in de lucht. Of dat verband hield met de kruiser weet ik niet, maar ’s avonds lag de kruiser weer netjes in het dok onder zijn camouflage. Zeven Duitsers aangekomen, die ook in onze barak moeten slapen. Goed soort, er zijn echter dronkemansgezichten bij. Ze zijn allen in de olie, de een wat meer de ander wat minder. Hartelijke begroetingen zijn aan de orde. Dronken mensen schijnen overal even gek te doen.
Richtmeister komt op het werk, deelt mee dat de barak, welke wij gebouwd hebben voor schaftlokaal, afgebroken moet worden en verplaatst dichter bij de Baustelle. Het is een typerend verschijnsel dat veel werk veranderd moet worden. Zo ook hier.
Woensdag 11 juni 1941 – Bureaumeubelen verder afgemaakt. W. Lauwerse en A. v.d. Hoeven komen van Lagerplaats om een aanvang te maken met het afbreken van de barak. Aangezien wij echter nog niet gereed zijn met de kasten enz. voor het bureau helpen zij deze afmaken. Nu zijn we met drie kamergenoten bijeen. De andere timmerman H. Sollum, een Utrechtenaar, ligt op een andere kamer. Gedurende vier dagen weer last van diarree en krampen, een verschijnsel dat zich hier regelmatig bij een ieder voordoet; gevolg van het eten dat veelal uit soep bestaat.
Donderdag 12 juni 1941 – Ben niet naar het werk gegaan; mijn ingewanden zijn geheel van streek en het lopen gaat ook moeilijk, door het dikwijls naar de WC gaan. Kan misschien enige dagen in de barak timmeren; hier is ook een kamergenoot, J. van Biemen, werkzaam. Hij is hier al van het opbouwen af aan het werk. Voorheen was hier nog een kamerbewoner bij hem, A. Heijdens. In de middag gaat het wat beter met mij. De krampen bleven weg. Dit komt wel van de pillen die ik gisteravond van de sanität gekregen heb. Bezoek gebracht aan een paar boerderijtjes in de buurt, op zoek naar een slijpsteen. De timmerman die hier is, moest zijn beitels slijpen, maar wij kunnen niets vinden. De mensen zijn heel vriendelijk, maar arm. Ook hier weer Hollanders welkom.
Vrijdag 13 juni 1941 – Weer gewerkt. Onaangenaam weer, nog niet geheel in orde met de ingewanden.
Zaterdag 14 juni 1941 – Gewerkt in de barak. Kozijnen gemaakt.
Zondag 15 juni 1941 – Wel gewerkt maar toch naar de kerk te Guilers. Bij het naar huis gaan Hoogensteyn op de weg gezien. Kamergenoten mogen niet werken omdat zij zaterdag niet wilden werken.
Maandag 16 juni 1941 – Werk als te voren.
Dinsdag 17 juni 1941 – Naar de stad geweest om ijzerwerk te kopen.
Woensdag 18 juni 1941 – Deuren afgemaakt.
Donderdag 19 juni 1941 – Naar Lagerplatz. De gehele dag weggeweest voor hout en triplex te kopen. Hout bij Dodin, triplex niet te krijgen zonder schein van Marine-kommandant.
Vrijdag juni 20 1941 – Nog diverse adressen bezocht voor triplex.
Zaterdag 21 juni 1941 – Eigenaardige bekleding van kerkingang met rouw bekleed. Bewerkt met zwart en zilver, kruisjes en 5-puntige sterren en in het midden een grote letter Q. Het maakte de indruk of het vrijmetselaars symbolen waren.
Bij een kapper waar ik mij wilde laten scheren, stond een houten kastje voor de deur, zwart geschilderd, model graftombe. Er was een dode in huis, zodat de zaak gesloten bleef. In het kastje was een gleuf aangebracht voor het deponeren van brieven of kaartjes van rouwbeklag. Bij begrafenis vele buren en vrienden achter de lijkkoets. Geen geüniformeerde dragers.
Zondag 22 juni 1941 – Om 7 uur in de Mis Rue Monge. Dezelfde kerk waar ik gisteren de rouwbekleding had aangebracht. Het doet enigszins tragisch aan op de kerkmuur de naam van Emile Zola te zien, naar wie de andere straat is genoemd. De RK bibliotheek is gevestigd in de Rue Voltaire. Beruchte namen.
Maandag 23 juni 1941 – Met Van Biemen op Lagerplatz begonnen. Even gelegenheid gemaakt om hem in te werken.
Dinsdag 24 juni 1941 – Hoekbank gemaakt voor FLAK-cantine[1], fles Curaçao Triple sec, een likeur met gevaarlijk karakter. Drie Hollanders met verlof.
Woensdag 25 juni 1941 – Werk als voren. Aan kasten gewerkt voor bureaustoelen voor radio zimmer. Enz, enz, enz.
Donderdag 26 juni 1941 – Werk als voren.
Vrijdag 27 juni 1941 – Werk als voren, geen geld; wel zaterdag.
Zaterdag 28 juni 1941 – Werk als voren, geld ontvangen. Vijfenzeventig rijksmarken naar huis. Twee foto’s door Hollander genomen.
Zondag 29 juni 1941 – Gewerkt. Geen gelegenheid tot mishoren, weinig kunnen werken wegens hitte. Geen brief naar huis in verband met aanstaand verlof.
Maandag 30 juni 1941 – Likeurenstel gekocht, Faïence de Quimper. Quimper is zo iets in Bretagne als Delft in Holland.
Werk als voren, heet weer, ongeveer een hittegolf. We hebben ons gerieflijk ingericht in onze werkplaats. Een Vlaming zorgt voor de koffie, eieren, enz. Ook voor schoon waswater ’s avonds, zodat we gewassen naar huis gaan, hetgeen nog het voordeel heeft dat we ons in de barak hoeven te wassen; de waterleiding is nog niet gereed, zodat er gebrek aan waswater is.