De kleine wereld van
Jeroen Sprenger

Folia-columns

Scoren voor open doel

Twee kansen om voor open doel te scoren zijn me vorige week geboden. Maar hoe ze te benutten binnen een ruimte van maximaal zevenhonderd woorden? In de tijd dat ik nog voetbalde had ik er al moeite mee. Hard en hoog – zonder enige franje? Of de bal eerst op de doellijn stillegen om hem – als de keeper vertwijfeld een laatste poging doet – treiterend zacht erover tikken? Vaak was de verbijstering over de geboden kans echter zo groot, dat het doel niet werd bereikt.  Een dergelijke afgang kan ik me hier voor bijna 25.000 toeschouwers niet veroorloven. Stel je voor dat me hetzelfde overkomtals al die China-deskundigen, die zich hebben laten provoceren doorRenate Rubinstein. Aan alle kanten laat Trutje Hola – openlijk haar onkunde over de Chinese Volksrepubliek belijdend – gaten vallen, maar de Van Ginnekens , de Schenken, de Kleynen, blijken niet in staat ook maar één punt tegen haar te scoren. Integendeel zelfs. In al hun aanvalsdrift verwaarlozen ze hun verdediging, met als gevolg dat Renate en heel  haar hoerige bent, die destijds bekendheid verwierf door de blinde adoratie, waarmee achter oude kerels werd aangelopen als Weinreb – inderdaad, die knaap die bij vrouwen zijn tengels niet thuis kon houden – en Elias, succesvol kunnen “counteren”. Waarmee de brand in de poppenwagen compleet is.

Maar nu mijn eigen kansen voor open doel. De eerste dank ik aan de gewezen Nijmeegse politicoloog Andries Hoogerwerf. In opdracht van minister Boy Trip heeft hij een commissie voorgezeten, die enkele dagen geleden rapporteerde over “Sociaal Wetenschappelijk Onderzoek en Beleid”.  Eén van de weinig opzienbarende resultaten: de kwaliteit van het sociaal-wetenschappelijk onderzoek is gering, daar de wetenschappers aan universiteiten van onvoldoende niveau zijn. Beheerst leg ik nu aan voor het beslissende tikje en vraag H: Was jij nu wel de aangewezen persoon om deze commissie voor te zitten, om te oordelen over het werk van collega’s? Ben je dan vergeten, dat collega Daudt dat onderzoek van jou “methodologisch fröbelwerk” heeft genoemd? Je moet het wel haast vergeten zijn, zoals jij ook niet beseft dat je zelf in hoge mate verantwoordelijk bent voor de verstikkende sfeer, waarbinnen in Nederland politicologie moet worden bedreven. Net als je collega’s heb je je benoeming te danken – niet aan je kwaliteiten – maar aan het feit dat je als éénoog rondloopt in het land der blinden. Ook jij hebt getracht je staf uit te breiden, niet met mensen die verder kunnen zie dan jezelf, maar met “blinden” die verrukt zijn over de verhalen die jij hun hebt verteld over de werkelijkheid om je heen. De geestelijke inteelt, die prijs die je ervoor hebt moeten betalen, heb je op de koop toe willen nemen. Samen met je collega’s heb je consequent iedere medewerking aan vernieuwingen, voorgedragen die de politicologiebeoefening meer ter harte gaat dan hun eigen machtspositie geweigerd. De sectie politicologie van de Academische raad, de Nederlandse kring voor de wetenschap der politiek, de Nederlandse stichting voor politicologisch onderzoek, wat voor pet jij en je collega’s met wie je de naar de Leidse hoogleraar genoemde Daalder-maffia vormt, ook hebben kunnen vinden, hebben jullie gebruikt om – zoals jullie ze noemen – “politieke evangelisten” de mond te snoeren. Ik kan me niet voorstellen, dat je verbaasd bent over de bevindingen van je jongste onderzoekje. Voor andere sociaalwetenschappers dan politicologen hoop ik dat je nog steeds die methodologische fröbelaar van destijds bent.

Over die tweede kans voor open doel zal ik wat beknopter zijn. Het gelukte me de hand te leggen op een folder van “Helco Enterprises s.a.”, gevestigd Leidsestraat 62, telefoon 242960. Deze firma beijvert zich om tandartsen behulpzaam te zijn bij belastingontduiking. De fiscus is namelijk “een niet gewilde, stille, opgedrongen en veeleisende vennoot”, die 70 percent van de winst opeist, waarvoor “geen enkele contra-prestatie” wordt geleverd. Ik vergeet even dat de opleiding voor bijna 99 percent uit door de gemeenschap opgebrachte belastingpenningen wordt betaald en ga over tot de voorstellen, die Helco wil doen. Handel als een “multinational”, zegt hij in zijn folder. Sticht een vennootschap “in een fiscale vluchthaven”, die de gebruiksmaterialen gaat leveren of de administratie gaat voeren. Voordeel: circa fl. 25.000 per jaar, die buiten het bereik blijven van de Nederlandse fiscus. Het is ook geen probleem om dit geld legaal in Nederland te krijgen. De vennootschap koopt een boot – niet belast met BTW, invoerrechten en eventuele bijzondere verbruiksbelasting – en huurt die tegen een aannemelijke vergoeding.

Moet de bal echt nog in het doel? Goed, hard en hoog dan: de jongens van Helco weten blijkbaar precies hoe ze de haaienmentaliteit, die onder exploitanten van menselijke ijdelheid heerst, ten eigen bate moeten bespelen.

__________ 

Eerder gepubliceerd in Folia Civitatis nr 3, 13 september 1975