Haagsche Courant
Ambtsgeheim - 13
TsunamiKeren de normale tijden weer terug? En wat is dan normaal? Dat vraag ik me na bijna twee weekjes 2005 af. Een week geleden zijn we beduusd van de enorme uitbarsting van goedgeefsheid. Honderdtwaalf miljoen collecteren we bij elkaar voor de tsunami-slachtoffers. De nare afdronk van 2004 lijkt daarmee vergeten. Maar Van Gogh is enkele dagen later weer in beeld met Medea, een zesdelige klassieke liefdestragedie in een modern jasje tegen een Haagse achtergrond. Weer een paar dagen later zien we archiefbeelden van Hirsi Ali als illustratie bij een bericht over een plan van de Hofstadgroep om haar te vermoorden. Tussen de bedrijven door worden opiniepagina’s gevuld door VVD-ers over hoe het nu verder moet met de partij. Meer Hirsi Ali of minder, Wilders terug of juist vooral niet, Van Aartsen doet het goed of juist niet. Een rondgang van HP/De Tijd langs wat VVD-nieuwjaarsrecepties levert een niet al te vrolijk beeld. Vroeger was de VVD een partij waar je kon lachen, merkt een deelnemer aan het opiniepaginadebat op en was de PvdA de partij van het verzuurde debat. Nu lijkt het wel andersom. Een ouderwetse autochtone ambtenaar trekt zich natuurlijk niet zo veel van partijpolitiek gekrakeel aan. Maar beseft dat het wel degelijk van invloed is op de werksfeer. En vraagt zich af wat dit betekent voor het referendum over de Europese grondwet, wat door de Tweede Kamer is aangevraagd. Wilders is zijn messen al aan het slijpen. Dus wat is normaal? Onze goedgeefsheid, waar we sinds Open het dorp zo vertrouwd mee zijn? Wanneer eerder heeft Balkenende zoveel goodwill gekweekt als tijdens de uitzending voor Giro 555. Wanneer eerder kreeg Zalm zo spontaan namens het hele volk een zoen van Paul de Leeuw? Of bepaalt het vervolg op de moord van Van Gogh de sfeer in dit land? Uitmondend in een weinig vrolijke uitkomst van het aanstaande referendum? Want dat lijkt normaal tegen de achtergrond van de politiek sinds de moord op Fortuyn. In de huiselijke ontmoetingen rondom kerst blijft Van Gogh niet ongenoemd. Iemand werpt de stelling in het midden dat als de moord op Endstra een afrekening is in het criminele circuit, de moord op Van Gogh een afrekening is in het milieu der onverdraagzamen. De emoties lopen vervolgens hoog op. Aan geen enkele moord mag je schouderophalend voorbijgaan, zegt de een. Je kan toch niet beweren dat Van Gogh het er zelf naar gemaakt heeft, roept de ander. De samenleving kan toch onmogelijk zo heringericht worden dat politieke moorden worden voorkomen, doet weer een ander een duit in het zakje. Zo als iedere goede huiselijke discussie waaiert hij alle kanten uit. Maar hij is wel heftiger dan ooit te voren. Eén der deelnemers bekent de volgende ochtend dat ze er niet van heeft kunnen slapen. Ik wijt het gemakshalve toch maar aan het drankgebruik. Woensdagavond rijd ik naar huis. Ik mis het politiewachthuisje op de kop van de Casuariestraat bij het ministerie van Financiën. Normale tijden keren gelukkig terug, denk ik. Daan Vorán __________ Eerder gepubliceerd in de Haagsche Courant van 13 januari 2005 | Neen verkopen is ook verkopenNeen verkopen is ook verkopen, leerde ik ooit van John Krupe, de markante Hagenaar die afgelopen weekend is overleden. Ik kende hem niet van het voetbal, ADO staat er bij mij niet zo best op, maar als onderhandelaar over de CAO Stucadoors. Krupe had het niet zo op bedrijven die hun reputatie vergooiden door in te gaan op verzoeken de BTW maar te vergeten op de bon. Hij zei tegen klanten dat ze dan maar een ander moesten zoeken. Neen verkopen is ook verkopen, zouden we binnen de overheid ook eens kunnen leren. Hoe vaak wordt er niet gepretendeerd dat we machtiger zijn, dan we kunnen waarmaken. Als we iets op papier hebben gekregen dan zal de samenleving zich er wel aan houden. En vervolgens zijn we teleurgesteld - wat heet, soms zijn we woedend - dat er niets van terecht gekomen is. Maar soms eigenen we ons ook zeggenschap toe over dingen waar we niet over gaan. Neem nu de donorregistratie. Het is begrijpelijk dat mensen die geholpen zouden zijn met een orgaan van een ander, graag wetgeving wil die aan hun nood tegemoet komt. Evenzeer is het begrijpelijk dat politici hen behulpzaam willen zijn. Maar het is onbegrijpelijk dat zij zich daarbij dingen toe-eigenen die niet van hen zijn. Wat is er nu persoonlijker dan het menselijk lichaam? Als ouderwets links-liberaal ambtenaar kan ik me in een heleboel vinden. Progressieve belasting heb ik geen moeite mee, laten de sterkste schouders maar de zwaarste lasten dragen. Accijnsen op van alles en nog wat, prima. Wie een grote leefruimte meent nodig te hebben, mag ervoor betalen. Maar mijn eigen lijf is van mij, daar moet iedereen vanaf blijven. Als ik ooit iets ervan ter beschikking wil stellen van medemens of wetenschap, dan zal dat de allerindividueelste beslissing zijn die ik ooit neem. Dat gaat niemand wat aan. De medische wetenschap schrijdt voort. Dat is prachtig. Maar brengt ons ook ethische discussies over abortus en euthanasie. Het is verbijsterend te moeten ervaren dat een dergelijke discussie niet wordt gevoerd over orgaandonatie. Het is medisch mogelijk dat een orgaan van het ene menselijke lichaam in het andere wordt getransplanteerd, dus heb ik er recht op, denken de patientenverenigingen. Je bent a-sociaal, zo doen ze voorkomen, als je niet tot donatie bereid bent. Artsen, de transplantatie-industrie, sterken hen in die mening. Net als menig politiek woordvoerder. Krankzinnige redeneringen ontwikkelen zich. Als jezelf niets ter beschikking stelt, kan je ook niets van een ander krijgen. Een meerderheid in de Tweede Kamer heeft men nog niet weten te verwerven, maar de tegenstanders roeren zich nauwelijks in het debat. Wat zijn hun argumenten? Niemand zegt: sorry patiënten, maar hier is een grens. De ontwikkeling van de medische wetenschap brengt niet met zich mee dat u rechten kunt gelden op andermans organen. Het zal altijd een persoonlijk geschenk zijn, als iemand u een orgaan wil afstaan. Een burger is niet een lijfeigene van de staat. Neen verkopen is ook verkopen, dames en heren. Daan Vorán __________ Eerder gepubliceerd in de Haagsche Courant van maart 2005 |